maandag 27 mei 2013



20 – Oerwoord

Het ‘ja’, de bevestiging, heeft in elke zin een funderende kracht. Dit oerwoord maakt de woorden in de zin als zindeel mogelijk. Het is zelf geen zindeel, maar geeft elk woord in de zin bestaansrecht. “Het eerste ‘ja’ in God fundeert in alle oneindigheid het goddelijke wezen. En dit eerste ‘ja’ is “in den beginne”.

Opmerking:
Franz Rosenzweig hecht bijzondere waarde aan het beamende of bevestigende woordje ‘ja’. Als mijn kleindochter Eva mij vroeg of ik haar voor wilde lezen of een rondje te maken op haar splinternieuwe fiets, was een bot ‘nee’ een diepe teleurstelling, een harde ontkenning van de waarde die wij aan elkaar hechten. Zij wist ook al hoe dit werkte, met haar vijf jaren. “Als je terugkomt, mag je weer bij me achterop”, zei ik. “Ja, maar dan niet zo ver”, zeit zij. Zo geven wij elkaar bestaansrecht. Zo krijgt een woord in de zin bestaansrecht. Het eerste ‘ja’ in God fundeert de schepping. “Im Amfang”, tussen aanhalingstekens, verwijst naar Gen. 1, daar zijn Alex van Ligten en Reinhold Mayer het roerend over eens.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten